Over smaak valt niet te twisten zegt men wel eens en ik zal de laatste zijn om dat te ontkennen. Vraag je aan iemand naar z'n favoriete motorfiets dan krijg je oneindig veel verschillende antwoorden. De ene houdt van een zware Engelse twin, de andere van een Amerikaanse of een Duitse machine terwijl sommigen zweren bij een lichte tweetakt. Een niet te versmaden groep houdt het echter bij een zware viertakt mono en ik zal het maar toegeven, telkens wanneer ik er eentje hoor aankomen ben ik jaloers dat m'n Duitse boxer ook niet zo'n geluid maakt. Onlangs kwam ik in contact met Robert van den Borre en z'n BSA B33. Laten we deze machine eens van dichterbij gaan bekijken.
Met tandpasta kun je talloze dingen doen. Niet alleen is het spul goed voor je gebit, zodat je kiezen er niet zo snel uit rammelen als je op je Engelse twin trillend voor het verkeerslicht staat te wachten, maar het werkt ook perfect voor je chromen delen van je motorfiets. Zo leerden wij van zusterblad Auto Motor Klassiek.
Norton fabrieksrijder Artie Bell trekt een erg blij gezicht op de illustratie bij dit artikel. Geen wonder, want hij won de 500cc Senior T.T. op Man in 1948 met een 500 "Garden Gate" Norton fabrieksracer. Helemaal links staat Cromie McCandless, hij houdt de helm van Bell vast. Cromie was de broer van Rex McCandless en een begaafd coureur uit die tijd. Rechts van Bell zien we het hoofd van Norton's race afdeling, Joe Craig en met de nr. 29 armband om, Rex McCandless, de uitvinder van Norton's Featherbed frame.
Norton introduceerde dit frame aan het eind van 1949 als de opvolger van het verouderde "Garden Gate" ontwerp. Deze had nog plunjervering en de wat omslachtige constructie die hiermee samenhing was verantwoordelijk voor zijn bijnaam "Garden Gate", wat tuinpoort betekent...